De wetenschap kent een razendsnelle evolutie in de strijd tegen de pandemie! Eind december 2020 werd in de Europese Unie het eerste vaccin tegen COVID-19 goedgekeurd. Niet alleen is dat minder dan een jaar na de eerste kloon van een coronavirus, vandaag bestaan er zelfs al meerdere vaccins. Tegelijk worden in de ziekenhuizen de zogenaamde ‘symptomatische’ behandelingen steeds verder gefinetuned.
In België gebeurden de eerste vaccinaties tegen COVID-19 op maandag 28 december 2020 in drie woonzorgcentra. Dat was minder dan een jaar nadat Australische onderzoekers erin geslaagd waren om een coronavirus te klonen, waarna ze het konden delen met de internationale wetenschappelijke gemeenschap. Dat alles in de hoop om zo snel mogelijk klinische proeven op te starten!
Terwijl we dit schrijven worden er in België drie vaccins toegediend, namelijk die van Pfizer BioNtech, Moderna en AstraZeneca. Een woordje uitleg van prof. Bernard Vandercam, infectioloog aan de Cliniques Universitaires Saint-Luc (Brussel), die de vergelijking maakt met een ‘klassiek’ vaccin tegen de seizoensgriep.
“De anti-COVID-19-vaccins van Pfizer BioNtech en Moderna zijn mRNA-vaccins, terwijl het AstraZeneca-vaccin een DNA-vaccin is. Bij een griepprik gebeurt de vaccinatie door rechtstreeks een deeltje van de oppervlakteantigenen van het virus te injecteren, het zogenaamde hemagglutinine-eiwit. Na de vaccinatie reageert het afweersysteem en begint het met de productie van antilichamen die moeten beschermen tegen het griepvirus. Bij SARS-Cov-2 (COVID-19) vindt men aan de buitenkant van het virus het zogenaamde spike-eiwit. Bij het AstraZeneca-vaccin zit de informatie die nodig is om het spike-eiwit te produceren in het DNA. Dat DNA wordt in een adenovirus gebracht. Bij de vaccins van Pfizer BioNtech en Moderna zit de mRNA-boodschap verpakt in een nanodeeltje vet.”
“Het mRNA (Pfizer BioNtech, Moderna) of het DNA (AstraZeneca) dringt onze cellen binnen en zet ze aan om zelf het viruseiwit te produceren. Ons lichaam moet vervolgens reageren met de aanmaak van antistoffen tegen dat spike-eiwit en het viruseiwit blokkeren. De vaccinatie tegen de seizoensgriep biedt een beschermingsgraad van maximum 70% bij jongvolwassenen – bij oudere personen is die respons al minder groot. De anti-COVID-19-vaccins die momenteel worden toegediend in België hebben een veel hogere effectiviteit, bij mRNA-vaccins ligt die zelfs rond de 95%. Sinds het begin van de vaccinatiecampagne constateert men in sommige landen al een scherpe daling van het aantal ziekenhuisopnames,” verduidelijkt prof. Bernard Vandercam.
Tegelijk met de vaccinatie spitst de gezondheidszorg zich hoofdzakelijk toe op zogenaamde ‘symptomatische’ behandelingen, die erop gericht zijn om de symptomen (koorts, ademhalingsproblemen, enz.) te verlichten.
Het krijgen van covid-19 is vandaag veel minder eng en komt vaker voor dan drie jaar geleden. Veel mensen hebben het nu niet één keer gehad, maar twee, drie of zelfs meer...
Lees verder“We zien veranderingen in de spieren bij deze patiënten”, zegt hoogleraar Inwendige geneeskunde Michèle van Vugt. De resultaten van de studie zijn gepubliceerd in Nature...
Lees verderUit gegevens blijkt dat mensen die met griep in het ziekenhuis zijn opgenomen een verhoogd risico lopen op gezondheidsproblemen op de langere termijn, vergelijkbaar met m...
Lees verderNeuspeuteren vergroot de kans op een covidinfectie. Dat blijkt uit een onderzoek van Amsterdam Universitaire Medische Centra. "Het virus voelt zich thuis in het neusslijm...
Lees verderChronische myeloïde leukemie
Covid-19
Leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD)
Maagkanker
Melanoom
Oogontsteking, oogirritatie of droge ogen
Overactieve blaas
Transplantatie van organen