Naast blootstelling aan uv, het huidtype en het aantal moedervlekken is er nog een risicofactor voor huidkanker: de erfelijke aanleg.
Hoe meer familieleden een melanoom hebben gehad, hoe groter het risico is. Met een erfelijkheidsonderzoek kunnen we nu dat risico bepalen.
Bij mensen die zelf al een melanoom hebben gehad, is het risico op een nieuw melanoom ook hoger, rond de 8%.
Artikel tot stand gekomen in samenwerking met dr. Isabelle Tromme, dermatoloog aan de Cliniques universitaires Saint-Luc.
Het is bewezen dat blootstelling aan uv-stralen van de zon of de zonnebank kan leiden tot de ontwikkeling van melanomen. Onderzoek toont aan dat met name tijdelijke, maar intensieve blootstelling aan de zon, bijvoorbeeld tijdens een strandvakantie, een grote risicofactor is. Ook herhaaldelijk verbranden door de zon, vooral tijdens de kinderjaren, verhoogt het risico op melanoom. Ook een langdurig verblijf in een tropisch land tijdens de kinderjaren is een onafhankelijke risicofactor voor een melanoom. Zo lopen blanken die in Afrika geboren zijn meer risico.
Preventiecampagnes spelen een essentiële rol. Het is uitermate belangrijk om het grote publiek te sensibiliseren voor de gevaren van langdurige blootstelling aan zonnestralen en het duidelijk te maken hoe men zich ertegen kan beschermen.
De zonnebank, waar vooral meisjes en jonge vrouwen gebruik van maken, vergroot ook het risico op melanoom. Bij oudere vrouwen kan gebruik van de zonnebank leiden tot actinische keratosen, plaveiselcelcarcinoom en tot veroudering van de huid in het algemeen (rimpels enz.).
Artikel tot stand gekomen in samenwerking met dr. Isabelle Tromme, dermatoloog aan de Cliniques universitaires Saint-Luc.
Bepaalde lichamelijke kenmerken verhogen het risico om een melanoom (huidkanker) te krijgen. De kleur van de ogen en het haar, en het huidtype – samen het fototype genoemd – bepalen hoe de huid reageert op ultraviolette straling.
Zo maken mensen met blauwe of groene ogen, rood of blond haar, een licht en weinig gepigmenteerd huidtype, al dan niet met sproeten, meer kans om een melanoom te ontwikkelen. Hun huid verbrandt meestal snel bij blootstelling aan uv-straling en wordt niet of slechts langzaam bruin. Hun pigmentcellen produceren met andere woorden (te) weinig beschermend kleurpigment, waardoor ze extra gevoelig zijn voor de schade die de uv-stralen van de zon of zonnebank veroorzaken.
Het dysplastische naevussyndroom is de belangrijkste risicofactor voor melanomen, vóór het lichte fototype. Mensen die aan dit syndroom leiden, hebben heel veel moedervlekken (meer dan 50 of meer dan 100, afhankelijk van de definitie), waaronder atypische naevi (moedervlekken), grote (meer dan 5 mm), onregelmatig gevormde en gekleurde naevi. Kortom, moedervlekken die op melanomen lijken, maar het niet zijn, omdat ze niet veranderen. Bij deze mensen kan het melanoom zich ontwikkelen op basis van een atypische naevus, maar ook op basis van een gewone naevus, of de gezonde huid. Bij dergelijke patiënten ontstaan veel moedervlekken later in het leven en soms 'vergist' het organisme zich door een melanoom te vormen. Soms is dit syndroom erfelijk. Mensen met een verhoogd risico kunnen zich het best regelmatig laten controleren met een gedigitaliseerde dermatoscopie (ook wel videodermatoscopie genoemd).
Sommige mensen worden geboren met een congenitale pigmentvlek. Alleen als de pigmentvlek heel groot is, zoals een reuzenmoedervlek op een volledige ledemaat of een groot deel van de romp, bestaat er een verhoogd risico op melanoom. Deze mensen moeten vanaf hun geboorte gecontroleerd worden.
Artikel tot stand gekomen in samenwerking met dr. Isabelle Tromme, dermatoloog aan de Cliniques universitaires Saint-Luc.
Het team van prof. Bart Neyns, diensthoofd Medische Oncologie, UZ Brussel, testte een nieuwe experimentele behandeling waarbij lichaamseigen cellen die het immuunsysteem...
Lees verderMaxime Dahan heeft zijn toevlucht genomen tot het schrijven zodra hij de diagnose van lymfoom te horen kreeg. Hij heeft deze beproeving het hoofd geboden met een ‘balpen’...
Lees verderVeertig procent van de kankerpatiënten in België ondervond al discriminatie of afwijzing omwille van zijn of haar ziekte. Dat blijkt woensdag uit een bevraging die het di...
Lees verderWanneer de tumor een zekere omvang heeft en het melanoom wordt verwijderd, wordt ook de dichtstbijzijnde lymfeklier, de schildwachtklier...
Lees verderDoor een specifiek type melanoomcellen in het vizier te nemen, kan de reactie op immunotherapie verbeteren.
Dr. Annemie Rutten, Afdelingshoofd Medische oncologie, GZA
Dr. Nathalie Rooseleer, vrijwillige dermatoloog verbonden aan het taskforce van Euromelanoma België
Jan Gutermuth, diensthoofd Dermatologie UZ Brussel
Chronische myeloïde leukemie
Covid-19
Leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD)
Maagkanker
Melanoom
Oogontsteking, oogirritatie of droge ogen
Overactieve blaas
Transplantatie van organen