Geen enkel bloedonderzoek (biologische marker) of radiologisch hersenonderzoek kan absolute zekerheid bieden over de diagnose, al lijken recente studies aan te tonen dat onderzoek van de cerebrospinale vloeistof (via een lumbale punctie) of van het bloed in de nabije toekomst wel zullen kunnen bijdragen aan een diagnose.
Het is dus in de eerste plaats het verhaal van de patiënt - verteld door hemzelf, maar vooral door zijn omgeving - dat de arts verderhelpt bij de diagnose. Alle patiënten vertonen namelijk hetzelfde symptoom: een geleidelijke verslechtering van de intellectuele functies. De arts zal ook een lichamelijk onderzoek uitvoeren en zo nodig een neuro-psychologisch onderzoek aanvragen (onderzoek van de intellectuele functies door een gespecialiseerde psycholoog).
Bijkomende onderzoeken zoals een bloedafname of een hersenscan dienen in de eerste plaats om een andere mogelijke ziekte uit te sluiten: hypothyreoïdie, hersentrombose (cerebrovasculair accident), tumor...
Ook al bestaat er geen specifieke biologische marker voor de ziekte van Alzheimer, toch beschikt de arts over verschillende diagnosehulpmiddelen. Zo bestaat er een test, de MMSE [Mini Mental State Examination], die systematisch uitgevoerd wordt bij de opsporing, maar vooral bij de follow-up van de ziekte. Het is een eenvoudige vragentest om de cognitieve functies te evalueren en eventuele geheugen-, taal-, aandachts-, leer-, redenerings- en oriëntatiestoornissen (in ruimte en tijd) op te sporen. De maximale score is 30/30. Een score onder de 24 wordt als duidelijk abnormaal beschouwd. Toch moet bij de interpretatie van het resultaat ook rekening gehouden worden met de leeftijd en de sociaalculturele context van de patiënt. De test dient ook om het ziekteverloop te volgen. Zo spreken artsen bij een score tussen 10 en 19 van een matig stadium en bij een score onder de 10 van een ernstig stadium.
Soms levert de MMSE-test in het beginstadium van de ziekte slechts één, twee of drie fouten op, terwijl de familie en de omgeving van de patiënt duidelijk klagen over een verslechtering van de hersenfuncties. De arts kan dan de hulp inroepen van een gespecialiseerde neuropsycholoog. Die voert een reeks specifieke tests uit om grondig het geheugen en het redeneervermogen te onderzoeken. Soms kan de diagnose pas met grotere zekerheid gesteld worden na twee of drie uur testen.
Depressie komt relatief vaak voor bij bejaarden en is niet altijd gemakkelijk te diagnosticeren. Zo zijn energieverlies, gebrek aan initiatief en in zichzelf gekeerd zijn klassieke symptomen van een depressie... die echter ook voorkomen bij de ziekte van Alzheimer! En als daar nog eens geheugenstoornissen, verwarring van datums en gedragsproblemen bijkomen, wordt het heel moeilijk om de diagnose te stellen.
Kinderen zijn alert. Er is maar weinig dat ze ontgaat. Ze hebben snel door dat oma of opa een beetje raar reageert. Het heeft daarom geen zin om de...Vertel hen de waarheid
De zorgverzekering betaalt de niet-medische kosten - zoals niet-medische hulp, thuis of zelfs in een rusthuis - terug die niet gedekt worden door de ziekteverzekering....
De allereerste taak van de huisarts is uiteraard die van zorgverlener. Het is hij die de diagnose stelt op het ogenblik dat de eerste symptomen ve...Luisteren en informeren
De test kan een verdere doorbraak betekenen in het vroeger opsporen van alzheimer, de meest voorkomende vorm van dementie. Onlangs werd al een geneesmiddel gevonden dat d...
Lees verderTussen 2004 en 2019 klom dementie geleidelijk aan op tot de belangrijkste doodsoorzaak in België. Dat blijkt uit nieuwe analyses van gezondheidsinstituut Sciensano. De op...
Lees verderPierre Missotten, onderzoeker ouderdomspsychologie aan de ULg
Paco Roca, auteur en tekenaar van de strip ‘Rimpels’
François Van de Weyer, voorzitter familiegroep Vlaamse Alzheimer Liga, regio Deinze
Chronische myeloïde leukemie
Covid-19
Leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD)
Maagkanker
Melanoom
Oogontsteking, oogirritatie of droge ogen
Overactieve blaas
Transplantatie van organen