Gepubliceerd op 05/06/2013 à 16:32
Multiple sclerose verloopt meestal via een reeks opstoten, afgewisseld met periodes van remissie. De vraag is: is er na een eerste opstoot onmiddellijk een behandeling nodig?
Opstoten zijn ontstekingsaanvallen in de hersenen en het ruggenmerg. Ze gaan gepaard met het verschijnen of verergeren van neurologische symptomen, zoals gezichts-, evenwichts- en gevoeligheidsstoornissen.
De onderhoudsbehandelingen van multiple sclerose werken precies in op die opstoten. Ze hebben als doel de frequentie en de ernst ervan te verminderen.
Doelstelling op langere termijn: het ziekteverloop vertragen door de opeenvolging van letsels te vermijden die uiteindelijk tot een handicap kunnen leiden.
Deze geneesmiddelen kunnen echter de gevolgen van vroegere opstoten niet ongedaan maken. Vandaar de vraag of het zinvol is om de behandeling te starten van bij de eerste opstoot, op het moment waarop de diagnose wordt gesteld.
Het probleem is dat multiple sclerose totaal anders evolueert van patiënt tot patiënt. Bij sommigen hebben onderhoudsbehandelingen weinig nut.
Een voorbeeld: één op de tien patiënten heeft een zogenaamde ‘goedaardige’ vorm van de ziekte. Deze patiënten hebben weinig opstoten en hebben er na tien jaar ziekteverloop nog geen ernstige handicap aan overgehouden.
Helaas is het ziekteverloop na een eerste opstoot zeer moeilijk te voorspellen.
Hoe kan de arts gezien die onzekerheid beslissen of hij al dan niet moet starten met een behandeling?
Zeker geen onschuldige vraag als we weten dat deze geneesmiddelen bijwerkingen kunnen veroorzaken die op lange termijn zelfs ernstig kunnen zijn.
Er bestaan niet echt eensluidende criteria om te beslissen om na een eerste opstoot al dan niet te behandelen.
Wel tonen steeds meer wetenschappers zich voorstander van een vroegtijdige behandeling indien er aanwijzingen zijn dat het om een actieve vorm van multiple sclerose gaat.
De resultaten van een MRI-scan (magnetische resonantie) zijn in dat verband essentieel. Er zou namelijk een verband bestaan tussen het aantal en de omvang van de zichtbare hersenletsels en het risico op verergering van de ziekte.
Volledig herstel na een opstoot daarentegen is een gunstige prognosefactor. Al mogen we niet vergeten dat herhaalde opstoten het risico op een resthandicap verhogen.
Sommige opstoten houden trouwens een groter gevaar in op blijvende beschadiging, vooral als er zich een plaque ontwikkelt in het ruggenmerg of de hersenstam, want daar komen tal van functies en kanalen samen in een beperkte ruimte.
Na een eerste ernstige opstoot is dus altijd een intensieve opvolging vereist.
Moet er een behandeling overwogen worden, dan komt het er bovendien op aan om de pro’s en contra’s tegen elkaar af te wegen en de verwachte baten te vergelijken met de risico’s (bijwerkingen, toxiciteit …).
Deel en print dit artikel
EDSS-schaal en MS
“De meest gebruikte schaal is de EDSS (Expanded Disability Status Scale)”, aldus prof. Valérie Delvaux, kliniekhoofd neurologie in het CHU van Luik...
Lees verderTwee nieuwe vormen van injecteerbare geneesmiddelen doen hun intrede in het therapeutische landschap van multiple sclerose (MS):
Oorspronkelijk werd MS (multiple sclerose) gediagnosticeerd op basis van het optreden van verschillende opstoten of van de geleidelijke verergering van de neurologische...
Lees verderOrale geneesmiddelen voor MS: teriflunomide (Aubagio®)
Teriflunomide (gecommercialiseerd onder de naam Aubagio) is sinds oktober 2014 verkrijgbaar in België. Het gaat o...
Lees verderDe MS Connections-campagne draait om het opbouwen van gemeenschapsconnectie, zelfconnectie en connecties met kwaliteitszorg. De campagnelijn is 'I Connect, We Connect' en...
Lees verderInterview met dr. Tatjana Reynders, neuroloog aan het UZA.
Neuroloog Dr. Danny Decoo, AZ Alma
Joyce, 44 jaar
Chronische myeloïde leukemie
Covid-19
Leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD)
Maagkanker
Melanoom
Oogontsteking, oogirritatie of droge ogen
Overactieve blaas
Transplantatie van organen