Soms kan de lever ontstoken raken, bijvoorbeeld door overmatig gebruik van alcohol, drugs of geneesmiddelen. Maar veel vaker ligt de oorzaak van de ontsteking bij een virusinfectie. In dat geval is er sprake van ‘virale hepatitis’. Er zijn meerdere vormen van virale hepatitis bekend, waarvan de meest bekende hepatitis A, B en C.
Hepatitis A is het meest voorkomende hepatitis-virus. Typisch gaat het om een infectie opgelopen op een exotische reis. Besmetting gebeurt meestal door water te drinken of voedsel te eten dat in contact is gekomen met de stoelgang van iemand die met het hepatitis A-virus besmet is. Meestal is een infectie met hepatitis A goedaardig. De symptomen zoals geelzucht en vermoeidheid verdwijnen vanzelf, samen met het virus. Er bestaat dus niet iets als chronische hepatitis A.
Het hepatitis B-virus wordt verspreid via het bloed, door het spuiten van drugs, ook via seksueel contact, en bij de geboorte als de moeder besmet is. De meeste volwassenen hebben hepatitis B voor een korte tijd, en genezen daarna vrij snel. Dit wordt ook ‘acute hepatitis B’ genoemd. Vaak geeft hepatitis B weinig symptomen. Patiënten weten dus niet altijd dat ze in aanraking zijn gekomen met het virus.
5 tot 10% van de patiënten die besmet werden op volwassen leeftijd, slagen er niet in het virus te verwijderen. Zo kan de hepatitis B chronisch worden, waardoor er op termijn cirrose en leverkanker kunnen ontstaan.
Hepatitis C lijkt sterk op hepatitis B. Hepatitis C wordt overgedragen via het bloed bij het gebruiken van een besmette injectienaald, en voor 1900, via bloedtransfusies. Het risico op de ontwikkeling een van chronische infectie (besmetting langer dan zes maanden) is erg groot, want 80% van de besmette personen slagen er niet in het virus te elimineren. In dat geval is er bijna geen kans op spontane genezing. Ook hepatitis C veroorzaakt de eerste jaren weinig symptomen, maar houdt echter een groot risico in op het ontwikkelen van een ernstige aandoening. Belangrijk verschil met hepatitis B is dat er voor hepatitis C geen vaccin bestaat, en dat het niet mogelijk is om er immuun voor te worden.
De nieuwe proteaseremmers zouden de effectiviteit van de huidige standaardbehandeling verhogen. Jammer genoeg neemt ook de kans op bijwerkingen toe. Zo verhoogt telaprevi...
Lees verderDe behandeling met peginterferon alfa en ribavirine kan enkele vervelende bijwerkingen veroorzaken:
Prof. dr. Peter Michielsen, Universitair Ziekenhuis Antwerpen
Jos Vandegoor, 62 jaar
Chronische myeloïde leukemie
Covid-19
Leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD)
Maagkanker
Melanoom
Oogontsteking, oogirritatie of droge ogen
Overactieve blaas
Transplantatie van organen