Stress is, in courant taalgebruik, synoniem van innerlijke spanning. Sommigen hebben stress nodig, bijvoorbeeld om te kunnen functioneren op het werk. Bij anderen daarentegen lokt stress negatieve reacties uit. Het gaat dan om 'slechte stress', een vaag, maar soms intens gevoel van onbehagen dat we liever zouden zien verdwijnen.
In de psychologie is stress geen gevoel, maar een reactie van ons lichaam op agressie. Stress valt schematisch uiteen in drie fasen:
De eerste twee fasen zijn noodzakelijk en nuttig ('goede stress'), in de derde fase daarentegen kan ons lichaam niet langer de nodige energie leveren als het gevaar aanhoudt en chronisch wordt. We spreken dan van 'slechte stress'.
Als ons lichaam uitgeput is, wordt het kwetsbaarder en gevoeliger voor agressie van buitenaf, zoals infecties, en voor psychische spanningen. We raken dan vatbaar voor klachten zoals vermoeidheid, slapeloosheid, angst en zelfs depressie.
In ons dagelijkse leven in de XXIste eeuw krijgen we zelden te maken met levensbedreigende gevaren. Toch interpreteren we heel wat prikkels als gevaarlijk. Ons lichaam maakt dan ook verschillende stressfasen door, met gevaar voor reële uitputting bij aanhoudend gevaar.
Tijdelijke stress of angst voor een ongewone situatie zijn normale reacties van het organisme, maar aanhoudende en intense angst is een echte ziekte. Die chronische en/of overmatige angst kan zich uiten in diverse vormen, angststoornissen genoemd.
Angststoornissen zijn trouwens de meest voorkomende psychiatrische stoornissen:
Angststoornissen zijn dan ook echte aandoeningen die medisch en psychologisch behandeld moeten worden. Doordat ze gebanaliseerd worden, wordt de diagnoseechter vaak te laat -pas maanden of zelfs jaren na de eerste symptomen- gesteld. Bijna twee derde van de patiënten met een angststoornis worden niet gediagnosticeerd en krijgen geen adequate behandeling. Gelukkig bestaan er oplossingen, zowel medicamenteuze als psychotherapeutische. Hoe sneller de diagnose, hoe doeltreffender ze zijn. Bovendien mogen we niet vergeten dat angststoornissen heel wat leed veroorzaken en in meer dan 50% van de gevallen gepaard gaan met een depressieve toestand.
Schrik is een noodzakelijk overlevingsmechanisme (bijvoorbeeld als onze boot zinkt of we aangevallen worden). Het wordt echter pathologisch als ze te intens is, te lang aanhoudt, onaangepast is of optreedt als er niet echt sprake is van gevaar. In dat geval spreken we van angst.
Schrik is dus gebonden aan een reëel, specifiek, tastbaar en tijdelijk gevaar, een carjacking bijvoorbeeld. Angst daarentegen houdt verband met een onduidelijk en subjectief gevaar. Het wordt soms omschreven als een 'kwellend gevoel van dreiging', alsof er onheil op komst is. 'Angstpatiënten' zien de toekomst dan soms als uitzichtloos en rampzalig. Afwachten wordt ondraaglijk, tast hun levenskwaliteit aan en verstoort hun dagelijks functioneren. Het verschil tussen schrik en angst is soms moeilijk te maken en hangt af van de persoon in kwestie, de omstandigheden, de frequentie en de intensiteit van de angst. Vrees om gebeten te worden door een pitbull is dat schrik of angst? Is ze redelijker dan vrees om aangevallen te worden door een labrador?
Schrik is een normale emotie die we allemaal af en toe ervaren. Ze is bovendien noodzakelijk, want ze wijst ons op gevaar. Op die manier kunnen we dat gevaar ontvluchten, vermijden of integendeel te lijf gaan als ons leven of onze lichamelijke integriteit in gevaar is. Elke externe prikkel die op gevaar wijst, veroorzaakt een aantal lichamelijke reacties. Onder meer de afscheiding van neurotransmitters (chemische stoffen die als boodschapper fungeren tussen onze hersencellen, de neuronen): noradrenaline en serotonine, en van een hormoon: cortisol (dat geproduceerd wordt door de bijnieren). Er bestaat vandaag een vrij brede consensus over het feit dat 'angst' veroorzaakt wordt door een serotonerge disfunctie.
Bij hevige schrik nemen onze hartslag, ademhalingssnelheid en darmmotiliteit (transit) toe, trekken onze bloedvaten samen en verhogen onze aandacht en waakzaamheid. Dankzij die positieve stress kunnen we potentiële gevaren beter bestrijden en op de juiste manier reageren. Cortisol geeft de nodige energie af voor die reactie.
Anouk Vanden Bogaerde is psychologe aan de Universiteit Gent. Ze rondt er een doctoraatsonderzoek af over de werkingsmechanismen van vliegangst. Zij levert de wetenscha...
Iemand met een sociale angststoornis of fobie voelt zich erg onzeker en zelfs angstig in alledaagse sociale situaties. Dat kan op een feestje zijn b...Vermijdingsgedrag
Een op vier krijgt in zijn leven ooit te maken met een paniekaanval. Van een aanval ga je zeker niet dood, al denkt het slachtoffer daar op dat moment wel anders over....
Het is bekend dat zowel cognitieve gedragstherapie (CGT) als het nemen van specifieke antidepressiva helpen bij het onderdrukken en voorgoed verdrijven van primaire a...
Wereldwijd hebben miljoenen mensen te kampen met angststoornissen. Vaak worden die behandeld met antidepressiva zoals selectieve serotonineheropnameremmers (SSRI’s). Die...
Lees verderSociale angststoornis, of sociale fobie, lijkt verband te houden met alcoholisme, terwijl dat niet het geval is voor andere angststoornissen, zoals gegeneraliseerde angst...
Lees verderDr. Serge Gozlan, psychiater en specialist cognitieve gedragstherapie in het UVC Brugmann
Professor Dirk Hermans (KU Leuven)
Ingeborg Prins, voorzitster van de Nederlandse Stichting Emetofobie
Chronische myeloïde leukemie
Covid-19
Leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD)
Maagkanker
Melanoom
Oogontsteking, oogirritatie of droge ogen
Overactieve blaas
Transplantatie van organen