De aanvangsdiagnose begint met een ondervraging van de patiënt (overzicht van de symptomen, medische voorgeschiedenis, levensstijl, risicofactoren …) en een klinisch onderzoek.
De arts voert een algemeen klinisch onderzoek uit, met de nadruk op:
De consultatie omvat tevens een bloedafname met het oog op de bepaling van de hematologische parameters (meer bepaald om eventuele bloedarmoede vast te stellen), evenals de functie van lever en nieren (om na te gaan of de kanker niet uitgezaaid is naar de lever en de nieren). Daarnaast kan ook een meting van de tumormerker ‘carcino-embryonaal antigen’ (CEA) worden uitgevoerd.
Bij een vermoeden van maagkanker is de uitvoering van een maagendoscopie aangewezen. Bij dit onderzoek schuift de arts een endoscoop via de mond in de slokdarm om de maag (meer bepaald de maagwand en het maagslijmvlies) en het bovenste deel van het spijsverteringsstelsel te onderzoeken. Als hij een afwijking of een verdacht letsel vaststelt, kan de arts (gastro-enteroloog) stukjes weefsel wegnemen (biopsie). De weggenomen weefsels worden in het laboratorium onderzocht onder de microscoop tijdens een anatomapathologisch onderzoek, met het doel de diagnose van kanker te bevestigen (of te ontkrachten) en het type kanker te bepalen.
Nadat kanker werd vastgesteld, moet men de extensiebalans opmaken. Dit gaat gepaard met diverse vervolgonderzoeken om de eventuele omvang en het stadium van de ziekte vast te stellen. Dit is noodzakelijk om de beste therapeutische strategie te bepalen.
Afhankelijk van de resultaten van de onderzoeken nodig voor de extensiebalans, bepaalt de arts het stadium van de kanker (of ‘staging’). Het systeem voor stadiëring dat gebruikt wordt door artsen, heet TNM-classificatie, wat staat voor Tumor, Nodes (lymfeklieren), Metastasis (uitzaaiingen). Deze classificatie houdt rekening met:
Op grond van die classificatie wordt het stadium van de kanker bepaald. Volgens de ernst en de vordering van de kanker varieert dat van I (lokale groei) tot IV (uitzaaiing naar andere gebieden in het lichaam). Elk stadium stemt overeen met een specifieke aanpak.
Geschreven door Kathleen Mentrop. Dit artikel kwam tot stand met de medewerking van dr. Marc Van den Eynde, gastro-enteroloog en specialist digestieve oncologie verbonden aan de Clinique universitaires Saint-Luc.
Het onderscheid tussen een goedaardige cyste en een kwaadaardige tumor is niet altijd eenvoudig. Op CT-beelden (röntgenstralen) kunnen cysten en tumoren er zeer gelijkaar...
Lees verderEerst hebben ze neoantigenen geïdentificeerd, d.w.z. specifieke eiwitten die verschijnen als normale cellen kwaadaardig worden als gevolg van genetische mutaties. De vors...
Lees verderOncologen hebben het in The Guardian over eenvoudige, uitvoerbare, dagelijkse dingen die ze doen om kanker te voorkomen.
Waarom de WHO plots deze beslissing neemt is niet duidelijk. We weten niet of het om nieuwe labo-resultaten of om een grootschalig onderzoek gaat”, stelt toxicoloog profe...
Lees verder"Terzake" ging op de Dag tegen Kanker een kijkje nemen in het Universitair Ziekenhuis van Antwerpen, waar naarstig aan een doorbraak wordt gewerkt: "Het is veelbelovend,...
Lees verderHeb je ooit al van de potentieel kankerverwekkende stof acrylamide gehoord? Deze naam zegt je waarschijnlijk niets en toch komt de stof in belangrijke mate voor ... in fr...
Lees verderDr. Marc Van den Eynde, gastro-enteroloog en specialist digestieve oncologie verbonden aan de Cliniques universitaires Saint-Luc
Chronische myeloïde leukemie
Covid-19
Leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD)
Maagkanker
Melanoom
Oogontsteking, oogirritatie of droge ogen
Overactieve blaas
Transplantatie van organen