Normaal gezien verdedigt het immuunsysteem ons lichaam door ‘vreemde’ stoffen te bestrijden: virussen, bacteriën, getransplanteerde cellen, kankercellen … Om dat te doen, heeft het verschillende wapens voorhanden. Witte bloedcellen spelen daarbij een hoofdrol. Er bestaan verschillende soorten witte bloedcellen: lymfocyten, neutrofielen, basofielen, eosinofielen en monocyten. In de categorie lymfocyten onderscheiden we:
Ons immuunsysteem maakt voortdurend komaf met kankercellen in hun beginstadium, om te vermijden dat die kankercellen zich verder ontwikkelen en zelfs verspreiden. Maar soms slagen de kankercellen erin de activiteit en verspreiding van T-lymfocyten af te remmen, waardoor ze de identificatie van slechte cellen kunnen omzeilen. Hoe dan precies? Door twee receptoren (‘controlepunteiwitten’) op de T-lymfocyten te stimuleren:
Het is net die stimulatie die de goede werking van de T-lymfocyten en bijgevolg het immuunsysteem verzwakt.
Immunotherapie is een kankerbehandeling waarbij het immuunsysteem van de patiënt wordt gestimuleerd met als doel de kankercellen te bestrijden en te vernietigen. Het is dus niet de behandeling zelf die de kankercellen vernietigt; de behandeling mobiliseert het immuunsysteem – vooral bepaalde witte bloedcellen zoals de T-lymfocyten – om de kanker ‘op natuurlijke wijze’ te vernietigen. Hoe? Door de patiënt moleculen genaamd ‘monoklonale antistoffen’ toe te dienen. Monoklonale antistoffen blokkeren:
Dankzij de toediening van die monoklonale antistoffen kan men een gepaste immuunrespons tegen de antikankerstoffen herstellen of behouden.
Vandaag worden drie monoklonale antistoffen gebruikt bij de immunologische behandelingen van de longen: nivolumab, pembrolizumab en atezolizumab. Deze moleculen focussen op de PD-1-receptor en zijn vooral bedoeld voor patiënten met een niet-kleincellige longkanker, waar zo’n 80% van de longkankergevallen onder valt.
Immuno-oncologische behandelingen worden met regelmatige intervallen intraveneus toegediend. Dat gebeurt over het algemeen in het dagziekenhuis, wat een niet te onderschatten comfort betekent voor de patiënt in vergelijking met andere behandelingen. De meeste patiënten krijgen hoogstens te maken met lichte of zelfs geen bijwerkingen. Andere patiënten vertonen dan weer een excessieve immuunreactie: het immuunsysteem is dan te krachtig gemobiliseerd en begint tegen de eigen cellen (auto-immuniteit) te reageren. Net om dat te vermijden, wordt de immuunreactie van de patiënt gecontroleerd d.m.v. bloedafnames tussen de behandelingen.
Leven met ALK+ longkanker?
ALK+ kanker wordt geassocieerd met niet-erfelijke veranderingen in het ALK gen en treft vaak mensen jonger dan 50...
Lees verderNaast de longkanker die het vaakst in verband wordt gebracht met roken, zijn er andere vormen van deze kanker, waaronder ALK+ longkanker.
Lees verderBijna 85% van alle longkankers worden veroorzaakt door tabak. Stoppen met roken is dan ook de belangrijkste preventiemaatregel.
Lees verderDe Caring Hat werd ontworpen door Fabienne Delvigne. Dit initiatief biedt hoeden aan als alternatieve oplossing voor pruiken en mutsen, bijvoorbeeld voor wie lijdt aan haaruitval ten gevolge van een kankerbehandeling.
Prof. dr. Johan Vansteenkiste, Respiratoire Oncologie, UZ Gasthuisberg
Nathalie, 45 jaar
Chronische myeloïde leukemie
Covid-19
Leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD)
Maagkanker
Melanoom
Oogontsteking, oogirritatie of droge ogen
Overactieve blaas
Transplantatie van organen