Hartfalen is een ernstige ziekte met mogelijk een fatale afloop, zeker als er geen geschikte behandeling is.
De ziekte verloopt meestal via opeenvolgende opstoten – artsen spreken dan van ‘acuut hartfalen’– waarbij de symptomen verergeren. Deze periodieke aanvallen worden door een aantal factoren in de hand gewerkt of uitgelokt. Dit zijn de belangrijkste:
De overlijdenskans stijgt met de leeftijd, met de ernst van de ziekte, met het voorkomen van bepaalde hartritmestoornissen (voorkamerfibrillatie) of van problemen met de hartkleppen.
Hartfalen leidt tot herhaaldelijke en dure ziekenhuisopnames. De graad van het hartfalen wordt bepaald op basis van de klachten en de handicap die eruit voortvloeit.
Volgens de NYHA-classificatie worden er vier ernstgraden onderscheiden:
De behandeling van hartfalen hang af van de ernstgraad.
Dit artikel kwam tot stand met medewerking van de Belgian Working Group on Heart Failure and Cardiac Function (de Belgische Werkgroep voor Hartfalen) (BWGHF) van de Belgian Society of Cardiology (www.bwghf.be of www.hart-falen.be)
Bij hartfalen probeert het hart zijn verminderde werking te compenseren. Het doet aan ‘remodeling’, waardoor het gaat vervormen en het volume uiteindelijk vergroot. Die hartverwijding veroorzaakt op haar beurt complicaties. Ook de hartslag kan versnellen en onregelmatig worden.
De spieren worden minder van bloed voorzien. Ze krijgen daardoor niet de zuurstof die ze nodig hebben, en raken sneller vermoeid. Dat verklaart gedeeltelijk waarom mensen met hartfalen zo weinig inspanningen aankunnen. Als de spieren niet regelmatig werken, verzwakken ze ook. “Hoe minder iemand doet, hoe minder hij kan” is een veel gehoorde uitspraak.
Bij hartfalen is er ook minder doorstroming van de nieren en filteren die het bloed niet meer naar behoren. Dat kan leiden tot nierinsufficiëntie. Het lichaam kan dan de afvalstoffen en het overtollige vocht niet meer afvoeren.
Zwelling van de longvaten leidt tot kortademigheid. Eerst bij zware inspanningen, daarna ook bij lichtere inspanningen. In ergere gevallen kan er zich in de longen vocht ophopen en ontstaat er een longoedeem. De ademnood wordt dan extreem en gaat gepaard met angst, zweten, hoesten en bloed spuwen.
Door de tragere terugstroom van het bloed naar het hart zetten de aders in de hals uit. De lever neemt toe in volume en wordt pijnlijk. Er hoopt zich vocht op in de buikholte en de buik zwelt op (ascites).
Als reactie op het hartfalen houdt het lichaam water en zout op. Door die vochtophoping kunnen de voeten en enkels opzwellen. Eerst verloopt de opzwelling nog zacht, daarna hard en pijnlijk als die chronisch wordt. De vochtophoping kan ook gewichtstoename veroorzaken, soms op korte tijd. Als het vocht weer in de bloedbaan terechtkomt, moet het hart harder werken.
Liggen kan soms lastig zijn. In die houding kan er makkelijker vocht in de longen lopen, wat zware ademnood of plasdrang kan veroorzaken. Ook anorexia, misselijkheid, slaap- en concentratiestoornissen zijn onder meer mogelijk.
Dit artikel kwam tot stand met medewerking van de Belgian Working Group on Heart Failure and Cardiac Function (de Belgische Werkgroep voor Hartfalen) (BWGHF) van de Belgian Society of Cardiology (www.bwghf.be of www.hart-falen.be)
De eerste keer kan een licht hartfalen ongemerkt optreden. Meestal manifesteert het hartfalen zich bij zware fysieke inspanningen. Daarna treden de symptomen bij almaar lichtere inspanningen op, en in een verder gevorderd stadium zelfs in rust.
De belangrijkste symptomen van hartfalen zijn kortademigheid (dyspneu), vermoeidheid, gezwollen voeten en enkels, gewichtstoename, buikpijn en moeizaam ademen bij het liggen.
Bij hartfalen vervult het hart zijn pompfunctie niet meer naar behoren en kan het zijn debiet (de hoeveelheid bloed die in de slagaders wordt gepompt) niet meer aanpassen aan de vraag van het lichaam. De zuurstofbehoefte wisselt in de loop van de dag nochtans heel vaak (trappen op- en aflopen, boodschappentas optillen, rennen voor de bus, een steile weg bewandelen enz.). Het hart kan dus niet genoeg bloed meer sturen naar de longen die het van zuurstof voorzien (rechterhart), en ook niet naar de organen (linkerhart). Een ander gevolg is dat er bloed achterblijft in de bloedvaten, met name in de aders. Het gaat om het bloed dat het koolstofdioxide van de organen terug naar het hart voert.
Dit artikel kwam tot stand met medewerking van de Belgian Working Group on Heart Failure and Cardiac Function (de Belgische Werkgroep voor Hartfalen) (BWGHF) van de Belgian Society of Cardiology (www.bwghf.be of www.hart-falen.be)
Minder dan vijf uur slaap op middelbare leeftijd kan gecorreleerd worden met een verhoogd risico op ten minste twee chronische ziekten, zo blijkt uit een nieuwe studie on...
Lees verderUit een nationale Franse studie zou blijken dat tijdens de hittegolf van 2019 hoge temperaturen nauw samenhingen met gewichtsverlies bij patiënten met hartfalen, wat wijs...
Lees verderHet hart is een spier die het bloed door het hele lichaam stuurt. Deze werkt als een pomp, met contractie- (systole) en ontspanningsfases (diastole). In rusttoestand herh...
Lees verderEen spin die zich schuilhoudt in het donker of op de hoek van ons hoofdkussen zit ... We hebben er allemaal wel al eens van gehuiverd. Maar ook al wekt het achtpotige bee...
Lees verderdr. Pierre Troisfontaines van het CHR Citadelle, vicevoorzitter van de BWGHF (Belgian Working Group on Heart Failure and Cardiac Function)
Jozef, 70 jaar
Patrick, 53 jaar
Chronische myeloïde leukemie
Covid-19
Leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD)
Maagkanker
Melanoom
Oogontsteking, oogirritatie of droge ogen
Overactieve blaas
Transplantatie van organen